Samenwonen op proef

Ontvangt u een uitkering van de RSD? En heeft u plannen om samen te wonen? Dan nodigen wij u uit om mee te doen aan onze pilot ‘Samenwonen op proef’. Hierbij mag u het samenwonen maximaal zes maanden lang ‘uitproberen’, zonder dat dit gevolgen heeft voor uw uitkering. Dit noemen we de ‘kennismakingsperiode’.

Hoe werkt het?

U geeft vooraf door aan uw contactpersoon dat u wilt gaan samenwonen. Dit doet u door middel van een aanvraagformulier

(het aanvraagformulier kunt u downloaden en vervolgens uitprinten en invullen). U en uw partner houden allebei de eigen woning aan en betalen de woonkosten (huur/ hypotheek, energie, water en verzekeringen) door. Na maximaal 6 maanden kiest u of u blijft samenwonen of weer apart gaat wonen.

In het kort de regels (voorwaarden)

  • U en uw partner vragen vóóraf via uw contactpersoon of u op proef mag samenwonen, óók als uw partner geen uitkering heeft. Dit doet u door middel van dit aanvraagformulier.
  • U spreekt vooraf met uw contactpersoon af hoe lang u gaat samenwonen op proef. U laat uw contactpersoon voor het einde van deze periode weten of u blijft samenwonen of niet;
  • Ontvangt uw partner ook een bijstandsuitkering, maar dan in een andere gemeente? Dan moet de andere gemeente het samenwonen op proef ook goedkeuren.
  • U en uw partner hebben de afgelopen vijf jaar niet samengewoond.
  • U houdt allebei uw eigen woonadres aan, en blijft op dat woonadres ingeschreven bij de BRP (bevolkingsregister).
  • U brengt uw verhuurder (wooncorporatie) op de hoogte. De verhuurder of wooncorporatie moet akkoord gaan met het niet voltijds bewonen van de woonruimte.
  • Verblijft één van de partners tijdens de kennismakingsperiode langer dan 28 dagen in een inrichting? Dan eindigt het recht op de kennismakingsperiode. Wanneer de partner niet langer meer in de inrichting verblijft, kan de kennismakingsperiode opnieuw worden aangevraagd en voortgezet voor de resterende maanden. Dit geldt ook wanneer één van beide partners langer dan 28 dagen in het buitenland verblijft of is gedetineerd.
  • U geeft het meteen door aan uw contactpersoon als er iets verandert, of als u besluit om niet meer samen te wonen.

Als u blijft samenwonen hebt u geen recht meer op een uitkering als alleenstaande (ouder). Misschien hebt u samen recht op een uitkering voor een echtpaar. Dat hangt af van het inkomen en vermogen van uw partner.

Vragen?

Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw vaste contactpersoon of bel ons: 030 - 692 95 00. Mailen mag ook: info@rsdkrh.nl.