Nieuwe regels leefgeldregeling
De regels voor opvang en leefgeld van vluchtelingen uit Oekraïne in Nederland gaan veranderen. Dat gebeurt in twee stappen: in december 2022 en uiterlijk 1 april 2023. De regels staan beschreven in de Regeling opvang ontheemden Oekraïne (RooO). In deze factsheet leest u wat er precies verandert en wat dit betekent voor u en uw gezin.
Wat verandert er vanaf 1 december 2022?
- Bepaalde woorden zijn in de nieuwe regeling uitgelegd, zoals gezin, ontheemde, gemeentelijke opvangvoorziening, particuliere opvangvoorziening en loondervingsuitkering.
- De gemeente informeert u sneller en duidelijker over zaken als in- en uitschrijving bij de gemeente, huisregels in de gemeentelijke opvang en juridische hulp bij uw aanvraag voor tijdelijke bescherming.
- Vluchtelingen die langdurige zorg nodig hebben, bijvoorbeeld in een kliniek of ziekenhuis, krijgen ook het leefgeld voor kleding en persoonlijke uitgaven. Het gaat om € 56,12 per maand.
- Voor vrijwilligerswerk in en om de gemeentelijke opvanglocatie krijgt u een vergoeding van € 14,- per week. Heeft u interesse in dit vrijwilligerswerk, dan kunt u dat aangeven bij uw gemeentelijke opvang. Dit heeft geen effect op de hoogte van uw leefgeld.
- U heeft geen recht meer op opvang als u naar de gevangenis moet van de rechter, als uw aanvraag voor verblijf wordt afgewezen of als blijkt dat u de Nederlandse nationaliteit heeft.
- Als u langer dan 28 dagen niet aanwezig bent in de opvang, dan kan de gemeente uw opvang en leefgeld stopzetten. Bij terugkeer na deze 28 dagen heeft u nog recht op opvang, maar dit kan op een andere opvanglocatie zijn. Zie ook hier voor meer informatie of ga naar de website van de Rijksoverheid.
Wat verandert er vanaf uiterlijk 1 april 2023?
Vanaf uiterlijk 1 april 2023 verandert het leefgeld voor eten, kleding en de extra toelage bij een gastgezin (wooncomponent). Zo past het beter bij het leefgeld voor andere groepen in Nederland, zoals asielzoekers, statushouders en mensen met een bijstandsuitkering. Hiervoor is gekeken naar de regelingen die voor hen gelden en naar het adviesbedrag van het Nibud voor gas, water en licht voor één extra persoon in een gastgezin
1. Het bedrag voor eten (voorheen € 205,- per persoon) wordt afhankelijk van de grootte van uw gezin. Hoe meer mensen in uw gezin, hoe lager het bedrag per persoon:
- Bestaat uw gezin uit 1 of 2 personen, dan ontvangt u per volwassene of alleenstaande minderjarige € 215,06 en per minderjarige € 178,36 per maand.
- Bestaat uw gezin uit 3 personen, dan ontvangt u per volwassene € 171,99 en per minderjarige € 142,57 per maand.
- Bestaat uw gezin uit 4 personen of meer, dan ontvangt u per volwassene € 150,45 en per minderjarige € 124,97 per maand.
- Woont u in een gemeentelijke opvanglocatie? Dan kan de gemeente ervoor kiezen om maaltijden voor u te verzorgen. U krijgt dan geen geld voor eten.
2. Het bedrag voor kleding en persoonlijke uitgaven (voorheen € 55,- per persoon) wordt verhoogd naar € 56,12 per persoon per maand.
3. Wordt u particulier opgevangen, bijvoorbeeld door een gastgezin? Dan krijgt u ook een extra toelage voor wonen (voorheen € 215,- per volwassene en € 55,- per minderjarige) van € 93,- per persoon per maand.
4. Vanaf uiterlijk 1 april veranderen ook de regels voor werk en leefgeld. Als iemand van 18 jaar of ouder gaat werken wordt voortaan het leefgeld van het hele gezin stopgezet. Dit gebeurt ook als iemand van 18 jaar of ouder een uitkering ontvangt van de Nederlandse overheid, bijvoorbeeld de werkloosheidsuitkering of een uitkering voor arbeidsongeschiktheid.
Vragen en antwoorden
1. Wat is een gezin volgens de nieuwe regels?
Een gezin bestaat uit:
- echtgenoten of aan gehuwden gelijkgestelde partners;
- hun minderjarige kinderen, en minste als zij ongehuwden van hun ouders afhankelijk zijn;
- een ouder of voogd die verantwoordelijk is voor de minderjarige en ongehuwde kinderen.
Grootouders, ooms, tantes of meerderjarige kinderen horen niet bij het gezin. Zij zijn volgens de regels een individu of een apart gezin.
2. Waarom wordt het leefgeld lager?
Dit gebeurt om het leefgeld eerlijker te maken in vergelijking met andere groepen in Nederland. Ook asielzoekers, statushouders en Nederlanders met een bijstandsuitkering hebben financiële hulp van de overheid nodig. De regels die voor hen gelden, gaan nu ook gelden voor Oekraïense vluchtelingen.
3. Is het leefgeld wel genoeg voor mij en mijn gezin?
Ja, het leefgeld is voldoende. In Nederland berekent het Nibud voor de inwoners van Nederland welke bedragen voldoende zijn om te kunnen voorzien in de belangrijkste behoeften. Voor de opvang zelf hoeft u niet te betalen. Voor eten, kleding en andere persoonlijke uitgaven heeft u voldoende aan het nieuwe leefgeld.
4. Waarom stopt het leefgeld voor mijn hele gezin als ik ga werken?
Deze regel geldt ook voor andere groepen in de samenleving, zoals asielzoekers, statushouders en mensen met een bijstandsuitkering. De regels die voor deze groepen gelden, gaan nu ook voor Oekraïense vluchtelingen gelden. Als u werkt, kunt u wel toeslagen krijgen zoals kinderbijslag, kindgebonden budget en kinderopvangtoeslag.
5. Ga ik er wel financieel op vooruit als ik ga werken?
Ja, het loont om te werken. Als u 3 of meer dagen per week werkt tegen het minimumloon, dan is uw besteedbaar inkomen hoger dan wat u anders aan leefgeld zou hebben ontvangen.
Een paar voorbeelden:
- U verblijft in de gemeentelijke opvang met uw gezin (2 volwassenen en 2 kinderen) en u werkt 1 of meerdere dagen per week tegen het minimumloon. Uw besteedbaar inkomen is dan hoger dan het leefgeld dat u anders had gekregen.
- U verblijft in de particuliere opvang (alleen of met een minderjarig kind) en u werkt minstens 1 dag per week tegen het minimumloon. Uw besteedbaar inkomen is dan hoger dan het leefgeld dat u anders zou ontvangen.
- U verblijft in de particuliere opvang met uw gezin (2 volwassenen en 2 kinderen) en u werkt minstens 2 dagen per week tegen het minimumloon. Uw besteedbaar inkomen is dan hoger dan het leefgeld dat u en uw gezinsleden anders zouden ontvangen.
6. Waarom is het extra leefgeld voor wonen bij een gastgezin verlaagd voor volwassenen en verhoogd voor minderjarigen?
Het extra bedrag, ook wel wooncomponent genoemd, bestaat uit twee delen. Het eerste deel kan gebruikt worden als vrijwillige bijdrage aan het gastgezin, bijvoorbeeld voor de kosten van gas, licht en water. Het tweede deel kan besteed worden voor kosten zoals openbaar vervoer, activiteiten buitenshuis.
Het nieuwe bedrag van € 93,- is gebaseerd op het adviesbedrag van het Nibud op de kosten voor nutsvoorzieningen (gas/water/licht) voor één extra inwonend persoon bij een gastgezin en de kosten die in de gemeentelijke opvang worden uitgegeven aan recreatie. Deze kosten zijn hetzelfde voor volwassenen en minderjarigen. Daarom is gekozen voor één bedrag voor iedereen.